Wil je professionele iPhone-foto’s maken die eruitzien alsof ze met een DSLR-camera zijn gemaakt? Dat is eigenlijk makkelijker dan u denkt. U hoeft alleen maar de handmatige bediening van de iPhone-camera te gebruiken. Dit klinkt misschien moeilijk en technisch… maar in deze Tips & Tricks leiden we u stap voor stap door de geavanceerde bediening van de iPhone-camera. Lees verder om verbluffende foto’s te maken waarvan niemand gelooft dat ze met een iPhone zijn gemaakt!
- Inhoudsopgave: Geavanceerde bedieningselementen voor de iPhone-camera
- Diepte van het veld: De achtergrond van uw foto’s vervagen
- 1.1 De portretmodus gebruiken om de achtergrond van uw foto’s te vervagen
- 1.2 Kom dicht bij uw onderwerp om een ondiepe scherptediepte te creëren
- 2. Scherpstellen: hoe stel je scherp voor haarscherpe foto’s
- 2.1 Tikken om het scherpstelpunt in te stellen
- 2.2 De scherpstelling vergrendelen met AE/AF Lock
- 2.3 Handmatige scherpstelling gebruiken voor nauwkeuriger scherpstelling
- 3. Belichting: hoe krijgt u perfecte helderheidsniveaus in uw foto’s
- 3.1 Handmatig de belichting aanpassen
- 3.2 Belichting gebruiken om de stemming van een foto te wijzigen
- 3.3 HDR inschakelen voor betere belichting in scènes met een hoog contrast
- 4. Sluitertijd: hoe de sluitertijd op de iPhone te wijzigen
- 4.1 Wat is sluitertijd?
- 4.2 Hoe de sluitertijd op de iPhone wijzigen
- 4.3 Gebruik een lange sluitertijd voor prachtige foto’s met lange belichting
- 4.3.1 Foto’s met lange belichting maken met Camera+ 2
- 4.3.2 Foto’s met lange belichting maken met de Lange Sluiter Cam
- ISO: Hoe ISO te gebruiken om korrelvrije opnamen te maken bij weinig licht
- 5.1 Wat is ISO?
- 5.2 De ISO-instelling van de iPhone-camera wijzigen
- 5.3 Gebruik een lage ISO-waarde om korrelige foto’s te voorkomen
- White Balance: Hoe u perfecte kleuren in uw foto’s vastlegt
- 6.1 Wat is witbalans?
- 6.2 Hoe wijzig ik de witbalans op de iPhone
- 6.3 Witbalans gebruiken voor creatief effect
Inhoudsopgave: Geavanceerde bedieningselementen voor de iPhone-camera
Klik op een van de onderstaande titellinks om rechtstreeks naar dat gedeelte van het artikel te gaan:
1. Scherptediepte: Hoe u de achtergrond in uw foto’s vervaagt
1.1 Gebruik de portretmodus om de achtergrond in uw foto’s te vervagen
1.2 Kom dicht bij uw onderwerp om een ondiepe scherptediepte te creëren
2. Scherpstelling: hoe stelt u scherp voor haarscherpe foto’s
2.1 Tik om het scherpstelpunt in te stellen
2.2 Vergrendel de scherpstelling met AE/AF-vergrendeling
2.3 Gebruik handmatige scherpstelling voor nauwkeuriger scherpstelling
3. Belichting: Hoe krijgt u perfecte helderheidsniveaus in uw foto’s
3.1 De belichting handmatig aanpassen
3.2 De belichting gebruiken om de stemming van een foto te wijzigen
3.3 HDR inschakelen voor een betere belichting in scènes met een hoog contrast
4. Sluitertijd: hoe de sluitertijd op de iPhone wijzigen
4.1 Wat is een sluitertijd?
4.2 Hoe de sluitertijd op de iPhone wijzigen
4.3 Een lange sluitertijd gebruiken voor prachtige foto’s met lange belichting
5. ISO: hoe u ISO gebruikt om korrelvrije opnamen te maken bij weinig licht
5.1 Wat is ISO?
5.2 Hoe wijzigt u de ISO-instelling van de iPhone-camera
5.3 Gebruik een lage ISO om korrelige foto’s te voorkomen
6. Witbalans: Hoe leg je perfecte kleuren vast in je foto’s
6.1 Wat is witbalans?
6.2 Hoe verander je de witbalans op je iPhone
6.3 Gebruik de witbalans voor een creatief effect
Diepte van het veld: De achtergrond van uw foto’s vervagen
Wilt u professioneel ogende iPhone-foto’s maken met prachtige onscherpe achtergronden?
Een ondiepe scherptediepte creëren (waarbij slechts een deel van de scène scherp is) is een geweldige manier om het onderwerp te laten opvallen. En het is perfect om een afleidende achtergrond te vervagen.
Foto’s met een kleine scherptediepte worden meestal geassocieerd met DSLR-camera’s. Maar wist u dat u de achtergrond van uw iPhone-foto’s gemakkelijk onscherp kunt maken?
Op een DSLR-camera regelt u de scherptediepte door het diafragma (de grootte van de opening in de lens) aan te passen. Het diafragma van de iPhone kan echter niet worden gewijzigd.
Hoe vervaagt u de achtergrond van uw iPhone-foto’s?
U staat op het punt om twee eenvoudige manieren te ontdekken om prachtige foto’s te maken met een prachtig onscherpe achtergrond.
1.1 De portretmodus gebruiken om de achtergrond van uw foto’s te vervagen
Beschikt uw iPhone-camera over de portretmodus? Dan kun je die gebruiken om prachtige foto’s te maken met een dromerige, onscherpe achtergrond.
Je vindt de Portretmodus in de ingebouwde Camera-app op de volgende iPhones: iPhone 12, iPhone 12 Mini, iPhone 12 Pro en 12 Pro Max, iPhone 11, iPhone 11 Pro en 11 Pro Max, iPhone XS, iPhone XS Max, iPhone XR, iPhone X, iPhone 8 Plus en iPhone 7 Plus.
De portretmodus maakt gebruik van slimme software met diepte-effecten om de achtergrond onscherp te maken. Het enige wat je hoeft te doen, is de camera op je onderwerp richten, en de iPhone doet de rest!
De portretmodus is perfect voor het maken van professioneel ogende portretfoto’s.
Maar je kunt hem ook gebruiken om de achtergrond achter andere onderwerpen te vervagen.
Hier ziet u hoe u met de Portretmodus prachtig onscherpe achtergronden kunt vastleggen:
Open de ingebouwde iPhone Camera-app en selecteer vervolgens onder aan het scherm de Portretmodus.
Zorg ervoor dat het onderwerp zich tussen twee en twee meter van de camera bevindt. Als u te dichtbij of te ver weg bent, verschijnt er een bericht dat u de afstand moet wijzigen.
Als de camera op het onderwerp heeft scherpgesteld en de achtergrond onscherp heeft gemaakt, verschijnt er in geel de tekst Natuurlijk licht. (Op iPhone 7 Plus ziet u in plaats daarvan Diepte-effect.)
Tik nu op de ontspanknop om een prachtige foto te maken met een zachte, onscherpe achtergrond.
Als je een van de nieuwere iPhones hebt (alle iPhone 12-modellen, alle iPhone 11-modellen, iPhone XS, XS Max of XR), kun je nog meer doen met de Portretmodus.
Met deze iPhones kun je de sterkte van de achtergrondonscherpte aanpassen nadat je je foto hebt gemaakt.
Dit biedt een enorme hoeveelheid creatieve controle.
Om de onscherptesterkte aan te passen, open je je portretfoto in de Foto’s-app en tik je vervolgens op Bewerken.
Tik op het pictogram voor het f/getal linksboven in het scherm.
U ziet nu de schuifknop Depth (Diepte) onder uw foto. Sleep de schuifknop naar links of rechts om de sterkte van de achtergrondvervaging aan te passen.
Tik op Gereed om de wijzigingen op te slaan.
Zoals u ziet, biedt de portretmodus een eenvoudige manier om een ondiepe scherptediepte in uw foto’s te creëren.
Maar wat als u de portretmodus niet op uw iPhone hebt?
Er is nog een eenvoudige manier om de achtergrond in uw foto’s onscherp te maken. En deze techniek werkt op elk iPhone-model.
Hier is wat u moet doen:
1.2 Kom dicht bij uw onderwerp om een ondiepe scherptediepte te creëren
Wilt u een geweldige truc weten om de achtergrond in uw iPhone-foto’s te vervagen?
Dichter bij uw onderwerp komen.
Hoe dichter de lens bij het onderwerp is, des te onscherper de achtergrond zal lijken.
Zo eenvoudig is het!
Deze techniek werkt op elke iPhone (of eigenlijk elke camera)… zelfs als je geen portretmodus hebt.
Bij het maken van close-ups is het belangrijk dat het onderwerp (en niet de achtergrond) scherp in beeld wordt gebracht. In hoofdstuk 2 leert u hoe u “tikt om scherp te stellen”.
Zorg ervoor dat u niet te dicht bij het onderwerp komt. Als u te dichtbij komt, kan de camera helemaal niet meer scherpstellen.
Als u extreme close-up foto’s wilt maken met een zeer kleine scherptediepte, hebt u een macro-objectief nodig. Populaire macrolenzen zijn Moment en Olloclip.
Met een van deze lenzen kunt u fascinerende macrofoto’s maken van de natuur, bloemen en insecten.
2. Scherpstellen: hoe stel je scherp voor haarscherpe foto’s
Het onderwerp scherp in beeld krijgen is essentieel voor het maken van foto’s van hoge kwaliteit met prachtige details.
Dit is vooral belangrijk bij het maken van close-upfoto’s.
Waarom?
Omdat de scherptediepte erg klein zal zijn, met slechts een klein deel van het beeld in focus. Als de scherpstelling niet goed is, kan het onderwerp onscherp worden weergegeven.
Gelukkig maakt de iPhone het gemakkelijk om de scherpstelling nauwkeurig op uw onderwerp in te stellen. Zo doe je dat:
2.1 Tikken om het scherpstelpunt in te stellen
In de ingebouwde Camera-app tik je gewoon op het scherm waar je wilt scherpstellen. Een geel vierkantje geeft uw scherpstelpunt aan.
Wanneer u de foto maakt, is het gebied waarop u hebt getikt scherp in beeld.
In de bovenstaande foto is scherpgesteld op de bloem links. Merk op dat deze bloem perfect scherp is, maar dat de andere bloemen onscherp zijn.
2.2 De scherpstelling vergrendelen met AE/AF Lock
Een andere handige functie is AE/AF Lock. Met deze iPhone-camera-instelling kunt u het scherpstelpunt op een bepaald gebied vergrendelen.
Om AE/AF Lock te activeren, tikt u op het scherm en houdt u het een paar seconden ingedrukt totdat u AE/AF LOCK in geel ziet.
Het scherpstelpunt blijft nu vergrendeld, zelfs nadat u een foto hebt gemaakt.
Dit is perfect voor situaties waarin u meerdere foto’s van dezelfde scène wilt maken. U kunt zo veel foto’s maken als u wilt, zonder dat u voor elke nieuwe opname het scherpstelpunt hoeft in te stellen.
Het is ook geweldig voor scènes waarin beweging is, zoals mensen die langslopen. Als u de scherpstelling niet vergrendelt, kan de autofocus van de camera het scherpstelpunt aanpassen aan het bewegende onderwerp.
In het bovenstaande voorbeeld heb ik de scherpstelling vergrendeld op de stenen boog. Als ik dat niet had gedaan, had de camera misschien scherpgesteld op de mensen op de achtergrond toen ze de scène binnenliepen.
2.3 Handmatige scherpstelling gebruiken voor nauwkeuriger scherpstelling
In bepaalde situaties geeft de tik-naar-focus-methode u misschien niet genoeg controle over uw scherpstelpunt.
Stel u voor dat u een close-upfoto maakt van een bloem met waterdruppels. De scherptediepte zal erg klein zijn, dus slechts een klein deel van de scène zal scherp zijn.
Tikken op een enkele kleine waterdruppel om ervoor te zorgen dat deze scherp is, kan lastig blijken.
Dus hoe kunt u het scherpstelpunt nauwkeuriger instellen?
Er is een eenvoudig antwoord: gebruik een camera-app met een handmatige scherpstelling.
Camera+ 2 ($7.99) is een DSLR-camera-app met geavanceerde bedieningselementen voor iPhone-camera’s, waaronder handmatige scherpstelling.
Wanneer u Camera+ 2 voor het eerst opent, moet u ervoor zorgen dat de handmatige bedieningselementen van de app zichtbaar zijn op het scherm. Tik op het Menu-pictogram (drie lijnen) rechtsonder. Selecteer Geavanceerde besturingselementen en schakel vervolgens de optie Altijd weergeven in.
Tik op het camerapictogram onder in het scherm om het menu te sluiten.
Op de ontspanknop ziet u een rij pictogrammen. Dit zijn de geavanceerde bedieningselementen voor de iPhone-camera.
Stel de compositie van uw foto samen en tik vervolgens op het pictogram Focus (een vierkant met het woord Auto). De schuifknop voor handmatig scherpstellen wordt boven de ontspanknop weergegeven.
Sleep de schuifknop voor handmatig scherpstellen naar links of rechts om de scherpstelling aan te passen. Terwijl u de schuifknop versleept, verandert het scherpstelpunt geleidelijk van voorgrond naar achtergrond.
Wanneer u tevreden bent met de scherpstelling, tikt u op de ontspanknop om de foto te maken.
Om samen te vatten: In de meeste gevallen levert tikken om het scherpstelpunt in te stellen prachtige foto’s op.
Maar als u niet de resultaten krijgt die u wilt, gebruikt u de schuifknop voor handmatig scherpstellen in Camera+ 2 om de scherpstelling nauwkeuriger af te stellen.
3. Belichting: hoe krijgt u perfecte helderheidsniveaus in uw foto’s
Nadat u hebt scherpgesteld, is het belangrijk dat u de belichting goed instelt.
Belichting heeft betrekking op de helderheid van een afbeelding.
Een foto die te licht is, is overbelicht. Een foto die te donker is, is onderbelicht.
De juiste belichting resulteert in prachtige foto’s die niet te licht of te donker zijn.
Dus, hoe pas je de belichting aan op de iPhone?
Het is eigenlijk heel eenvoudig.
3.1 Handmatig de belichting aanpassen
In de ingebouwde Camera-app tikt u eerst om scherp te stellen. Veeg vervolgens omhoog of omlaag om de belichting (helderheid) aan te passen.
Geef omhoog om de foto helderder te maken, of omlaag om hem donkerder te maken.
Wanneer de helderheid goed is, tikt u op de ontspanknop om een foto te maken.
Nu, als u een iPhone 11 of hoger (met iOS 14 of hoger) hebt, is er een tweede manier om de belichting in de Camera-app aan te passen. Hiervoor gebruik je de schuifknop Belichting in het verborgen cameramenu.
Om toegang te krijgen tot het verborgen menu, tik je op de pijl boven aan het scherm (of veeg je omhoog op je zoeker). Tik vervolgens op het pictogram Belichting (cirkel met een plus- en minteken).
Sleep vervolgens de belichtingsschuif naar links of rechts om de helderheid aan te passen.
De door u gekozen belichtingsinstelling wordt vanaf nu gebruikt voor alle foto’s die u maakt.
Dit is erg handig, maar het is een goed idee om de belichting weer op nul te zetten als u klaar bent met fotograferen. Als u dat niet doet, kan de belichting er niet goed uitzien wanneer u een ander onderwerp in ander licht gaat fotograferen.
Ten slotte, als u de Camera+ 2 app gebruikt, moet u ervoor zorgen dat de Auto-modus boven aan het scherm is geselecteerd. Pas vervolgens de belichting aan door naar links of rechts te vegen over de EV-schuifregelaar (zie hieronder).
Bedenk dat er geen exacte wetenschap is voor het instellen van de belichting. Je moet gewoon beslissen wat het beste is voor de foto die je maakt.
In de meeste gevallen moet je streven naar een belichting waarbij alle delen van de scène voldoende gedetailleerd zijn.
Als dat niet mogelijk is (vanwege een onhandige belichting), zorg er dan voor dat het belangrijkste deel van de scène correct is belicht.
In de foto hieronder heb ik gekozen voor een belichting van het landschap in plaats van van het donkere interieur van de kerk. Het resultaat is eigenlijk heel dramatisch!
Als u ‘s nachts fotografeert, maakt de camera de belichting vaak lichter. Dit gebeurt in een poging meer details vast te leggen. Maar de resultaten zijn niet altijd goed. De heldere delen kunnen overbelicht raken, waardoor de donkere delen er korrelig uitzien.
Om ‘s nachts prachtige foto’s te maken, vermindert u de belichting om de foto donkerder te maken. De zwarttinten worden zwart en de hoge lichten krijgen meer details.
3.2 Belichting gebruiken om de stemming van een foto te wijzigen
Door creatief om te gaan met belichting kunt u de stemming van een foto verbeteren of wijzigen.
Wilt u bijvoorbeeld een donkere en stemmige foto, probeer dan opzettelijk onder te belichten. De donkere tinten zullen een prachtig gevoel van drama of mysterie toevoegen.
U zult ook moeten onderbelichten om een silhouetfoto te maken. Het onderwerp in silhouet moet volledig zwart zijn, zonder kleur of detail.
Ook donkere schaduwen moet je onderbelichten. Het gebrek aan detail in de schaduwen creëert een gevoel van mysterie en intrige.
Aan de andere kant zorgt een beetje overbelichting voor een heldere en luchtige foto met een vrolijke of zorgeloze sfeer.
Overbelichten werkt vooral goed als een groot deel van de scène wit is. Dit helpt om een heldere, frisse foto te maken die echt in het oog springt.
3.3 HDR inschakelen voor betere belichting in scènes met een hoog contrast
Het fotograferen van scènes met een hoog contrast (met zowel heldere als donkere gebieden) kan een groot probleem zijn als het gaat om de belichting.
Dit komt doordat de camera niet in staat is tegelijkertijd details in zowel de donkere als de lichte gebieden vast te leggen.
In de bovenstaande foto is de donkere voorgrond correct belicht. Maar de lichte delen van de lucht zijn overbelicht zonder enige kleur of detail.
De onderstaande voorbeelden laten zien hoe moeilijk het is om tegelijkertijd detail in zowel de lichte als donkere delen vast te leggen.
Als u belicht om details in de hoge lichten (lichte gebieden) vast te leggen, worden de schaduwen (donkere gebieden) onderbelicht. En als u belicht om details in de schaduwpartijen vast te leggen, worden de hoge lichten overbelicht.
De ingebouwde iPhone Camera-app biedt echter een geweldige oplossing!
Het heet HDR.
HDR staat voor High Dynamic Range. Als u HDR gebruikt, maakt de camera meerdere foto’s met verschillende belichtingen (van donker naar licht).
Deze foto’s worden automatisch gecombineerd tot één goed belichte foto. Deze foto bevat details in zowel de schaduwen als de hoge lichten.
HDR is perfect voor landschapsfotografie waarbij u een heldere lucht en een donkere voorgrond hebt.
HDR zorgt voor een goede belichting van zowel de voorgrond als de lucht.
HDR gebruiken in de iPhone Camera-app?
Eerst moet je je HDR-instellingen controleren. Open de app Instellingen en selecteer Camera. Scroll omlaag en controleer of de optie Smart HDR is ingeschakeld (groen).
Als u Smart HDR inschakelt, hoeft u nooit meer na te denken of u HDR wilt gebruiken of niet. De camera zal altijd voor u beslissen.
Smart HDR legt op fantastische wijze details vast in zowel de schaduwen als de hoge lichten. En ik zou aanraden om het in de meeste situaties ingeschakeld te laten.
Als je HDR echter liever handmatig in de Camera-app regelt, moet je de instelling Smart HDR uitschakelen.
Als Smart HDR is uitgeschakeld, zie je boven in de Camera-app een HDR-pictogram. U kunt op het pictogram tikken om HDR in of uit te schakelen. (HDR is uitgeschakeld als er een streep door het pictogram staat).
Als u HDR handmatig regelt, moet u eraan denken de functie in te schakelen wanneer u scènes met een hoog contrast fotografeert, zoals landschappen. Anders kunt u te sterk belichte hoge lichten krijgen, zoals u hierboven ziet.
Een reden waarom u HDR misschien wilt uitschakelen, is als u donkere schaduwen wilt vastleggen. HDR probeert details in de schaduw vast te leggen, maar als u het uitschakelt, kunt u donkere, dramatischere schaduwen vastleggen.
4. Sluitertijd: hoe de sluitertijd op de iPhone te wijzigen
De mogelijkheid om de sluitertijd te regelen, wordt meestal geassocieerd met DSLR-camera’s.
Maar wist je dat je de sluitertijd op de iPhone kunt wijzigen?
Als je de sluitertijd eenmaal onder de knie hebt, kun je bepalen hoe beweging in je foto’s wordt weergegeven. En dit zal uw creativiteit naar een heel nieuw niveau tillen!
4.1 Wat is sluitertijd?
De sluitertijd heeft betrekking op de tijd dat de sluiter van de camera open is wanneer u een foto maakt.
De sluitertijd wordt gemeten in seconden (of fracties van seconden), bijvoorbeeld 8s, 2s, 1/30s, 1/250s, 1/500s, enz.
Een snelle sluitertijd betekent dat de sluiter gedurende een zeer korte tijd (een fractie van een seconde) open is.
Snelle sluitertijden bevriezen elke beweging in de scène. Met een snelle sluitertijd kunt u scherpe foto’s maken van bewegende onderwerpen. Een snelle sluitertijd stelt u in staat scherpe foto’s te maken van bewegende onderwerpen en voorkomt onscherpe foto’s door cameratrillingen.
Een lange sluitertijd betekent dat de sluiter gedurende een langere tijd (enkele seconden) open staat.
Als er tijdens deze lange belichtingstijd iets in de scène beweegt, wordt die beweging vastgelegd als een waas of een streepje. Dit soort onscherpte wordt bewegingsonscherpte genoemd.
Lage sluitertijden zijn een uitstekende manier om een gevoel van beweging in een foto over te brengen. De bewegingsonscherpte laat duidelijk zien dat het onderwerp door het kader bewoog.
Met een lange sluitertijd kunt u prachtige foto’s met een lange belichting maken van watervallen en rivieren. De lange belichtingstijd zorgt ervoor dat het bewegende water er zijdezacht uitziet.
4.2 Hoe de sluitertijd op de iPhone wijzigen
De ingebouwde iPhone Camera-app heeft geen optie voor de sluitertijd. U hebt dus een app van derden nodig met handmatige camerabediening op iPhone.
Er zijn verschillende uitstekende iPhone-camera-apps waarmee u de sluitertijd kunt regelen.
Camera+ 2 ($ 2,99) is een geweldige optie omdat het een breed scala aan sluitertijden heeft – van heel snel tot heel langzaam. Het heeft zelfs een speciale opnamemodus Langzame sluiter voor het maken van foto’s met lange belichting.
Hier ziet u hoe u de sluitertijd op de iPhone wijzigt met Camera+ 2:
Open de Camera+ 2-app. Tik op het pictogram naast de ontspanknop om de opnameopties te openen. Zorg ervoor dat de opnamestand Normaal is geselecteerd.
Tik op de X naast de ontspanknop om de opnameopties te sluiten.
Op de ontspanknop ziet u het pictogram Sluitertijd/ISO. Hier worden twee waarden weergegeven: sluitertijd (bijvoorbeeld 1/33s) en ISO (ISO komt later aan bod).
Als u de sluitertijd- en ISO-waarden niet ziet, tikt u op het menupictogram (drie regels) rechtsonderin. Selecteer Geavanceerde besturingselementen en schakel vervolgens Altijd weergeven in. Tik op het pictogram Camera onder aan het scherm om het menu te sluiten.
Om de sluitertijd te wijzigen, tikt u op het pictogram Sluitertijd/ISO boven de ontspanknop.
De schuifregelaar Sluitertijd wordt weergegeven. Sleep de schuifknop naar links of rechts om de sluitertijd aan te passen.
Hoe verder u naar links gaat, des te sneller de sluitertijd wordt. Een snellere sluitertijd bevriest de beweging van bewegende onderwerpen en helpt cameratrilling te voorkomen.
Hoe verder u naar rechts gaat, hoe langer de sluitertijd wordt. Lange sluitertijden vervagen de beweging van bewegende onderwerpen.
Merk op dat de langste sluitertijd in de normale opnamestand 1/4s (een kwart seconde) is. Als u foto’s met lange sluitertijden wilt maken met Camera+ 2, hebt u langere sluitertijden dan deze nodig.
Lees verder om te leren hoe u prachtige foto’s met lange sluitertijden kunt maken met uw iPhone.
4.3 Gebruik een lange sluitertijd voor prachtige foto’s met lange belichting
In dit gedeelte ontdek je hoe je ongelooflijke foto’s met lange belichting kunt maken met behulp van twee verschillende apps: Camera+ 2 ($ 2,99) en Slow Shutter Cam ($ 1,99).
Beide apps leveren geweldige resultaten op, maar ze bieden iets andere functionaliteit.
Voordat je begint, moet je ervoor zorgen dat je een iPhone-statief hebt. Een statief houdt uw camera perfect stil tijdens de lange belichtingstijd.
Als u uw iPhone met de hand vasthoudt, zult u hem niet stil genoeg kunnen houden. Het resultaat is een bewogen foto die helemaal onscherp is.
4.3.1 Foto’s met lange belichting maken met Camera+ 2
De Camera+ 2-app heeft een speciale modus Langzame sluiter voor het maken van foto’s met lange belichting.
Tik op het pictogram naast de ontspanknop en selecteer vervolgens de modus Langzame sluiter.
Tik op de X naast de ontspanknop om de opnameopties te sluiten.
Op de ontspanknop bevinden zich twee schuifbalken. De linker schuifregelaar regelt de sluitertijd.
Verplaats de schuifregelaar Sluitertijd om de waarde voor de sluitertijd in te stellen, bijvoorbeeld 2 seconden, 15 seconden, 30 seconden, enzovoort. Hoe langer de sluitertijd, hoe waziger bewegingen worden weergegeven.
Als u de belichting (helderheid) wilt aanpassen, gebruikt u de rechter schuifknop met het zonnepictogram.
Wanneer u op de ontspanknop tikt om een foto te maken, moet u ervoor zorgen dat de camera tijdens het maken van de foto perfect stil blijft liggen.
4.3.2 Foto’s met lange belichting maken met de Lange Sluiter Cam
De Lange Sluiter Cam-app is speciaal ontworpen voor het maken van foto’s met lange belichting.
Hiermee wordt het supergemakkelijk om lange belichtingen van water, lichtsporen en scènes met weinig licht vast te leggen.
Open de app Slow Shutter Cam. Tik op het pictogram Instellingen linksonder om de opties voor de vastlegmodus te openen.
De app heeft drie vastlegmodi met langzame sluiter: Bewegingsonscherpte, Lichtspoor en Weinig licht.
De modus Bewegingsonscherpte is perfect voor het maken van waterfoto’s met een lange belichting. Maar je kunt de modus ook gebruiken om de beweging van andere bewegende onderwerpen te vervagen.
Met de modus Lichtspoor kun je prachtige langbelichte foto’s van bewegende lichten maken. De modus is ideaal voor het fotograferen van vuurwerk en lichtsporen van auto’s.
De modus Weinig licht is handig voor het vastleggen van heldere belichtingen wanneer u ‘s nachts opnamen maakt.
Elke opnamemodus heeft een schuifknop voor de Sluitertijd. Sleep de schuifknop naar links voor een snellere sluitertijd of naar rechts voor een langere sluitertijd.
Als u de schuifknop Sluitertijd helemaal naar rechts schuift, wordt de Bulb-modus geactiveerd. Hiermee kunt u opnamen maken met elke sluitertijd die u maar wilt. Tik op de ontspanknop om de belichting te starten en tik nogmaals om de foto te voltooien.
U kunt ook experimenteren met de andere schuifregelaars om de foto fijner af te stellen. Met de schuifregelaar Sterkte onscherpte kunt u bijvoorbeeld bepalen hoe onscherp de beweging wordt weergegeven.
Nadat u een foto hebt gemaakt, kunt u deze bewerken door onder in het scherm op Bewerken te tikken. Gebruik de pictogrammen onder in het scherm om uw foto te bewerken en tik vervolgens op Gereed.
Tik op Opslaan om uw foto op te slaan. Of tik op Wis om te verwijderen.
Door een lange sluitertijd op uw iPhone te gebruiken, kunt u de grenzen van uw mobiele fotografie verleggen.
Met een beetje fantasie kunt u uw creativiteit naar een heel nieuw niveau tillen!
ISO: Hoe ISO te gebruiken om korrelvrije opnamen te maken bij weinig licht
Een andere handige handmatige camera-instelling voor de iPhone is ISO.
In dit gedeelte leest u hoe u ISO kunt gebruiken om scherpe, korrelvrije iPhone-foto’s te maken bij weinig licht.
Als u een van de iPhone 11-modellen hebt, kunt u de nieuwe nachtmodusfunctie gebruiken om prachtige nachtfoto’s te maken.
5.1 Wat is ISO?
ISO regelt hoe gevoelig de sensor van de camera is voor licht. Hoe hoger de ISO, hoe gevoeliger de sensor voor licht is.
Dit betekent dat ISO de belichting (helderheid) beïnvloedt. In wezen kan de camera meer licht opnemen bij hoge ISO-instellingen.
Dit kan van pas komen bij het maken van opnamen bij weinig licht. Het gebruik van een hoge ISO-waarde heeft echter ook een groot nadeel.
Een hoge ISO-waarde zorgt helaas voor ongewenste korrel in uw foto’s (zoals hieronder te zien is). De korrel is vooral zichtbaar in de donkere delen van de foto.
Korrel vermindert de kwaliteit van uw foto. Dus vermijd indien mogelijk hoge ISO-instellingen. De foto hieronder is gemaakt met een veel lagere ISO-waarde en het resultaat is korrelvrij.
5.2 De ISO-instelling van de iPhone-camera wijzigen
In de ingebouwde camera-app kunt u de ISO-waarde niet wijzigen. In plaats daarvan kiest de camera automatisch een geschikte ISO-instelling, afhankelijk van hoeveel licht er in de scène is.
Bij weinig licht zal de camera waarschijnlijk een hoge ISO gebruiken om meer licht vast te leggen. Dat is de reden waarom je vaak eindigt met korrelige foto’s bij het fotograferen in donkere omstandigheden.
Maar er is een manier om de ISO-instellingen van de iPhone zelf in de hand te nemen. En als je dit doet, kun je een lagere ISO kiezen om te voorkomen dat je korrelige opnamen krijgt.
Dus hoe verander je de ISO op de iPhone? Dat doet u met de app Camera+ 2!
Open Camera+ 2 . Tik op het pictogram en zorg ervoor dat de opnamemodus Normaal is geselecteerd.
Tik op de X naast de ontspanknop om de opnameopties te sluiten.
Op de ontspanknop ziet u het pictogram Sluitertijd/ISO. Hiermee worden de huidige sluitertijd en ISO-waarden weergegeven.
Als u de sluitertijd en ISO-waarden niet ziet, tikt u op het menupictogram (drie regels), selecteert u Geavanceerde bedieningselementen en schakelt u vervolgens Altijd weergeven in. Tik op het pictogram Camera onder aan het scherm om het menu te sluiten.
Om de ISO te wijzigen, tikt u op het pictogram Sluitertijd/ISO boven de ontspanknop.
Om te beginnen wordt alleen de schuifknop Sluitertijd weergegeven. Om de ISO-schuifbalk weer te geven, tikt u op het pictogram rechts van de schuifbalk.
U ziet nu twee schuifbalken: Sluitertijd aan de linkerkant en ISO aan de rechterkant. Sleep de ISO-schuif naar links of rechts om de instelling aan te passen.
5.3 Gebruik een lage ISO-waarde om korrelige foto’s te voorkomen
Hoe hoger de ISO-waarde, des te meer licht de camera vangt, maar des te korreliger de foto zal zijn. U moet dus de laagste ISO-instelling kiezen waarmee u nog steeds een fatsoenlijke belichting krijgt.
Maar er komt nog iets meer bij kijken. Als u de ISO-waarde tot een lage waarde verlaagt, kan uw foto te donker lijken.
Hoewel, u kunt de camera meer licht laten opvangen door hem te vertellen een langere sluitertijd te gebruiken. Gebruik hiervoor de schuifknop Sluitertijd links.
De langere sluitertijd (die meer licht opvangt) vormt een tegenwicht voor de lage ISO (die minder licht opvangt). Hierdoor kunt u een lage ISO-waarde gebruiken en toch een goede belichting krijgen met voldoende licht.
Als u een lange sluitertijd gebruikt, kunt u natuurlijk onscherpe foto’s krijgen als gevolg van cameratrillingen. En als er beweging in de scène is, zal dit worden weergegeven als bewegingsonscherpte.
Als u uw iPhone echter op een statief kunt monteren en uw onderwerpen stilstaan, is het prima om een lange sluitertijd te gebruiken. En dus kunt u een lage ISO-waarde gebruiken om korreligheid te voorkomen.
Als u de camera alleen met de hand kunt vasthouden, of als u bewegende onderwerpen hebt die u scherp wilt weergeven, hebt u een kortere sluitertijd nodig. En als gevolg daarvan moet je een hogere ISO-instelling gebruiken om een fatsoenlijke belichting te krijgen.
Bedenk wel dat hoe hoger de ISO, hoe korreliger het beeld zal zijn.
Zoals met alle iPhone handmatige bediening van de camera, moet je vaak een paar opnamen maken met iets andere instellingen voordat je een goed resultaat krijgt.
Maar dit maakt het allemaal nog leuker! En al doende leert u veel.
White Balance: Hoe u perfecte kleuren in uw foto’s vastlegt
In het algemeen legt de iPhone de kleuren heel nauwkeurig vast. Maar in bepaalde situaties kan het zijn dat de kleuren niet helemaal goed worden weergegeven.
En dan moet u de witbalans aanpassen.
6.1 Wat is witbalans?
Met de witbalans kunt u de kleuren in uw foto’s nauwkeuriger vastleggen.
Het zorgt ervoor dat de witte delen van de foto wit worden weergegeven. En op hun beurt worden de andere kleuren op uw foto correct vastgelegd.
Hier volgen een paar voorbeelden waarbij u vreemde kleuren in uw foto’s kunt aantreffen:
Als u binnenshuis foto’s maakt met het licht aan, kunt u een gele of oranje kleurzweem in uw foto aantreffen. Dit wordt veroorzaakt door het warme licht van gloeilampen.
Kleurzweem is vooral zichtbaar in de witte delen van de scène, zoals de witte kruik, muur en bloemen in de foto hierboven.
Als u buiten in de schaduw of onder bewolking fotografeert, kunnen uw foto’s een koelblauw kleurzweem krijgen. Dit is vooral duidelijk bij het fotograferen van sneeuw.
Aanpassen van de witbalans van de camera helpt kleurzweem in uw foto’s te verwijderen. De witbalans werkt door de kleuren in uw foto af te koelen of op te warmen.
Door de juiste witbalansinstelling te kiezen, ziet uw wit er wit uit.
6.2 Hoe wijzig ik de witbalans op de iPhone
In de ingebouwde Camera-app kunt u de witbalans niet wijzigen. In plaats daarvan wordt de witbalans automatisch aangepast om warme of koele kleurzweem te verwijderen.
De automatische witbalans van de camera doet meestal goed werk, vooral buiten bij natuurlijk licht.
Maar als u foto’s maakt bij erg warm of koel licht, moet u de witbalans misschien handmatig regelen.
Hoe wijzigt u de witbalans op de iPhone?
Je raadt het al! U gebruikt de Camera+ 2 app.
Open de Camera+ 2 app. Tik op het pictogram WB (witbalans) rechtsonder.
Als u het pictogram WB niet ziet, tikt u op het menupictogram (drie regels), selecteert u Geavanceerde besturingselementen en schakelt u vervolgens Altijd weergeven in. Tik op het camerapictogram onder in het scherm om het menu te sluiten.
Wanneer u op het WB-pictogram tikt, verschijnt een rij met voorinstellingen voor de witbalans. De voorinstellingen heten Schaduw, Bewolkt, Flits, Daglicht, enzovoort. Veeg erover om meer voorinstellingen voor witbalans te zien.
Om een kleurzweem te elimineren, selecteert u de voorinstelling voor witbalans die overeenkomt met het type licht waarin u opnamen maakt.
Dus als u onder warmgekleurde lampen fotografeert, kiest u Gloeilamp. Als u in de schaduw fotografeert, tikt u op de optie Schaduwwitbalans.
De camera past vervolgens de kleuren aan om warme of koele kleurzweem van uw lichtbron te elimineren.
In het onderstaande voorbeeld is de voorinstelling Schaduwwitbalans geselecteerd. Met deze instelling worden de kleuren warmer, waardoor de blauwe kleurzweem verdwijnt.
In het volgende voorbeeld is de voorinstelling Gloeilamp geselecteerd. Met deze instelling worden de kleuren afgekoeld, waardoor de warme kleur van de gloeilampen wordt geneutraliseerd.
Maar wat als geen van de voorinstellingen voor witbalans een goed resultaat oplevert? In dat geval kunt u de kleurbalans handmatig aanpassen.
Tik op het pictogram rechts van de voorinstellingen voor de witbalans. Gebruik vervolgens de schuifregelaar voor witbalans om de kleuren op te warmen of af te koelen.
Bedenk dat u streeft naar een witbalansinstelling waarbij de witte gebieden op uw foto wit lijken.
Als u liever de camera zelf de witbalansinstelling laat bepalen, tikt u op Auto links van de voorinstellingen voor de witbalans.
6.3 Witbalans gebruiken voor creatief effect
In de meeste gevallen wilt u dat de kleuren in uw foto’s zo nauwkeurig mogelijk lijken. U wilt dat de witten wit lijken.
Maar soms kan een foto worden verbeterd door de kleuren opzettelijk op te warmen of af te koelen.
U kunt bijvoorbeeld de kilte en kilte van een winterlandschap benadrukken door de kleuren af te koelen.
Of u kunt de kleuren van een zonsondergang intensiveren door meer warme oranje tinten aan uw foto toe te voegen.
Door creatief met de witbalans om te gaan, kunt u heel verschillende stemmingen in uw foto’s vastleggen. Wees dus niet bang om te experimenteren met de witbalansinstellingen.
En als de witbalans niet helemaal goed is op het moment dat u de foto neemt, kunt u altijd de kleuren aanpassen wanneer u de foto bewerkt.