Doelstelling: Het beoordelen van het maligne potentieel van grote uniloculaire en multiloculaire ovariumcysten bij postmenopauzale vrouwen en het bespreken van hun geschikte management.
Studieopzet: Deze retrospectieve studie omvatte 204 postmenopauzale patiënten die een operatie ondergingen voor eenvoudige adnexale cysten of cysten met geïsoleerde septale structuren in de Gynaecologie en Obstetrie Kliniek van Bakirkoy Dr Sadi Konuk Training en Research Ziekenhuis. De gegevens verkregen uit de patiëntendossiers en de computer omvatten de leeftijd van de patiënt, de follow-up periode, ultrasonografie rapporten, operatie informatie, histopathologische evaluatieresultaten, en kanker antigen-125 (CA-125) niveaus bij diagnose en tijdens follow-up. De Kruskal-Wallis test werd gebruikt om drie of meer groepen te vergelijken. De Chi-kwadraat test of Fisher’s exact test werd gebruikt om kwalitatieve parameters te vergelijken, terwijl relaties tussen parameters werden geanalyseerd door gebruik te maken van Spearman’s correlatie analyse.
Resultaten: In totaal werden 236 cysten geïdentificeerd bij 204 postmenopauzale vrouwen die een operatie ondergingen. De cysten werden gecategoriseerd als uniloculaire cyste morfologie of complexe structuren zonder morfologische afwijkingen anders dan septa in 182 (77,1%) en 54 gevallen (22,9%), respectievelijk. De gemiddelde cysterdiameter was 6,6±3,1 cm (range, 2,7-30 cm) met diameters ≥5 cm in 176 cysten (75%). Het mediane cystevolume was 88,5 cm(3) (range, 10-2636; interkwartiel range: 81) en de gemiddelde morfologie-index was 1,2 (range, 1-6), met 16 cysten (6,8%) ≥5. Bij geen enkele patiënt werd maligniteit of borderline histologie waargenomen.
Conclusies: Bij postmenopauzale vrouwen hebben cysten die uniloculair zijn of geïsoleerde septa bevatten, een laag risico op maligniteit, zelfs wanneer ze groter zijn dan 5 cm. In plaats van een spoedoperatie te ondergaan, kunnen deze patiënten conservatief worden gevolgd met intermitterende transvaginale ultrasonografie.