Doelstelling: Het bestuderen van de associatie tussen bloederig vruchtwater (BAF) tijdens de bevalling en nadelige zwangerschapsuitkomsten.
Studieopzet: In de afgelopen 10 jaar hebben wij een institutioneel protocol ingevoerd dat verloskundigen verplicht hun subjectieve indruk van de kleur van het vruchtwater (helder, meconium bevlekt, bloederig) tijdens de bevalling te rapporteren. De medische dossiers en de neonatale kaarten van alle bevallingen ≥ 370/7 weken tussen 2008-2018 werden onderzocht. Het cohort werd verdeeld in twee groepen: heldere AF (Clear groep) en BAF (BAF groep). Gevallen met meconium gekleurd AF werden uitgesloten. Het primaire resultaat was een samenstelling van de volgende complicaties: umbilical Ph ≤ 7,1, toevallen, hypoxisch-ischemische encefalopathie, intra-ventriculaire bloeding, periventriculaire leukomalacie, hypoglykemie, hypothermie, mechanische beademing, meconiumaspiratiesyndroom, RDS, NEC, fototherapie, sepsis, of transfusie.
Resultaten: In totaal werden 21.300 bevallingen beoordeeld, 20.983 (98,5%) in de Clear-groep en 317 (1,5%) in de BAF-groep. Het percentage van het primaire resultaat verschilde niet tussen de BAF (2,2%) en de Clear (2,1%) groepen. Het percentage placenta-abruptie (zowel klinisch als hystopathologisch) verschilde niet tussen de groepen (3,2% vs. 1,9% en 1,6% vs. 0,6%, respectievelijk). BAF werd geassocieerd met hogere percentages weeëninductie (p = 0,002), geassisteerde vaginale bevallingen (p = 0,04), keizersnedebevallingen (p = 0,03), en lagere geboortegewichten (p = 0,03).
Conclusie: BAF waargenomen tijdens de bevalling was niet geassocieerd met een samengestelde ongunstige neonatale uitkomst, noch met placenta-abruptie. BAF werd geassocieerd met hogere percentages weeëninductie, geassisteerde vaginale bevallingen, keizersnedes en lagere geboortegewichten. Deze bevindingen kunnen verloskundigen en neonatologen helpen bij de interpretatie van tijdens de bevalling waargenomen BAF.