Achtergrond: Enkelfracturen behoren tot de meest voorkomende letsels die door orthopedisch chirurgen worden behandeld. Het doel van het huidige onderzoek was om de risico’s op complicaties na open reductie en interne fixatie van enkelfracturen te onderzoeken in een groot bevolkingsonderzoek.
Methoden: Met behulp van de ontslagdatabase van Californië identificeerden we 57.183 patiënten die een open reductie en interne fixatie van een laterale malleolaire, bimalleolaire of trimalleolaire enkelfractuur hadden ondergaan als intramurale patiënt in de jaren 1995 tot en met 2005. Korte-termijn complicaties werden onderzocht op basis van het percentage heropnames binnen negentig dagen na ontslag. Het percentage heroperaties op middellange termijn voor enkelfusie of arthroplastiek werd ook geanalyseerd. Logistische regressie en proportionele hazard regressie modellen werden gebruikt om de sterkte van de relaties tussen de percentages complicaties en fractuurtype, patiëntendemografie en comorbiditeiten, en ziekenhuiskenmerken te bepalen.
Resultaten: Het totale percentage kortetermijncomplicaties was laag, inclusief de percentages longembolie (0,34%), mortaliteit (1,07%), wondinfectie (1,44%), amputatie (0,16%), en revisie open reductie en interne fixatie (0,82%). Het percentage heroperaties op middellange termijn was eveneens laag: bij 0,96% van de patiënten die gedurende vijf jaar werden geobserveerd, werd een enkelfusie of -prothese uitgevoerd. Open fracturen, leeftijd en medische comorbiditeit waren significante voorspellers van complicaties op korte termijn. De aanwezigheid van gecompliceerde diabetes was een bijzonder sterke voorspeller (odds ratio, 2,30; p < 0,001), evenals perifeer vaatlijden (odds ratio, 1,65; p < 0,001). Het percentage heroperaties op middellange termijn voor enkelfusie of -vervanging was hoger bij patiënten met trimalleolaire fracturen (hazard ratio, 2,07; p < 0,001) en open fracturen (hazard ratio, 5,29; p < 0,001). Behandeling in een ziekenhuis met een laag volume was niet significant geassocieerd met het totale risico van complicaties op korte termijn of het risico van heroperatie op middellange termijn.
Conclusies: Door het analyseren van een grote, diverse patiëntenpopulatie, verduidelijkt de huidige studie de risico’s geassocieerd met open reductie en interne fixatie van enkelfracturen. Open letsel, diabetes en perifeer vaatlijden waren sterke risicofactoren die een gecompliceerd postoperatief beloop op korte termijn voorspelden. Fractuurtype was een sterke voorspeller van heroperatie voor enkelfusie of -vervanging. Het ziekenhuisvolume speelde geen significante rol in de percentages complicaties op korte of middellange termijn.