Beschrijving: Madagaskar reuzen daggekko’s zijn zeer kleurrijk. Hun lichaam is meestal lichtgroen tot blauwachtig groen met roodbruine stippen of strepen op hun rug. Ze hebben een rode streep die loopt van hun neusgat tot achter hun oren; grote ronde ogen omcirkeld in helder blauw; en roomwitte onderkanten. Ze hebben brede, afgeplatte teenzolen, voorzien van dunne, platte hechtschubben, waarmee ze zich aan gladde oppervlakken kunnen vasthechten.
Grootte: Deze reuzengekko’s zijn het grootste lid van de gekkodagroep met volwassenen die 12 inch (30 cm) lang worden.
Gedrag: Ze zijn diurnal (actief tijdens de dag), boombewonend en territoriaal. Ze gebruiken hun kleur om in hun omgeving op te gaan, waardoor ze gecamoufleerd zijn voor roofdieren.
Dieet: Madagaskar reuzendaggekko’s voeden zich met een verscheidenheid aan insecten, kleine ongewervelde dieren en soms zoet fruit.
Zintuigen: Ze hebben een uitstekend gezichtsvermogen en vertrouwen daarop om hun voedsel te bemachtigen. Stress en ziekte worden aangegeven door veranderingen in de intensiteit van de huidskleur. Dit gebeurt ook tijdens het broeden en de balts.
Communicatie: Tijdens de paring bestaan de baltsvertoningen vaak uit schokkerige hoofdzwaaibewegingen van het mannetje en snel tongklakken van het vrouwtje. Hun roep klinkt als een gewonde kikker. Ze kunnen dit geluid produceren door met hun brede tong tegen het dak van hun bek te klikken. Ze laten ook tsjirpen en knorren horen.
Reproductie: Seksuele voortplanting vindt plaats en het vrouwtje legt meestal twee eieren. De eieren worden 47 tot 82 dagen uitgebroed en na het uitkomen zijn de jongen zelfstandig. De vrouwtjes kunnen tijdens het broedseizoen meerdere keren legsels leggen.
Habitat/ verspreidingsgebied: Ze leven in bomen in tropische regenwouden, grasland en landbouwgebieden in heel Madagaskar. Ze zijn geïntroduceerd in het zuiden van Florida.
Status: Op de IUCN-lijst en in bijlage II van CITES opgenomen als “Least Concern”.