De volgende citaten zijn te vinden in het Franklin Delano Roosevelt Memorial:
Proloog
“Franklins ziekte…gaf hem kracht en moed die hij daarvoor niet had gehad. Hij moest de grondbeginselen van het leven uitdenken en de grootste van alle lessen leren – oneindig geduld en nooit eindigend doorzettingsvermogen.”
Eleanor Roosevelt
Eerste termijn (1933-1937) – De Grote Depressie
“Deze generatie Amerikanen heeft een rendez-vous met het lot.”
Juni 27, 1936
“Ik beloof u, ik beloof mezelf, aan een New Deal voor het Amerikaanse Volk.”
2 juli 1932
“In deze moeilijke dagen moeten en zullen wij Amerikanen overal het pad van sociale rechtvaardigheid kiezen…het pad van geloof, het pad van hoop, en het pad van liefde jegens onze medemens.”
2 oktober 1932
“Geen land, hoe rijk ook, kan zich de verspilling van zijn menselijke hulpbronnen veroorloven. Demoralisatie veroorzaakt door grote werkloosheid is onze grootste uitspatting. Moreel gezien is het de grootste bedreiging voor onze sociale orde.”
September 30, 1934
“Het enige dat wij te vrezen hebben is de vrees zelf.”
Maart 4, 1933
“Mens en natuur moeten hand in hand werken. Het uit balans brengen van de hulpbronnen der natuur brengt ook het leven der mensen uit balans.”
January 24, 1935
“Onder de Amerikaanse burgers mogen geen vergeten mensen en geen vergeten rassen zijn.”
October 26, 1936
Tweede Termijn (1937-1941) – De New Deal
“Ik vergeet nooit dat ik in een huis woon dat eigendom is van het hele Amerikaanse volk en dat ik hun vertrouwen heb gekregen.”
April 14, 1938
“Ik zie een derde van een natie slecht gehuisvest, slecht gekleed, slecht gevoed.” “De test van onze vooruitgang is niet of we meer toevoegen aan de overvloed van hen die veel hebben; het is of we genoeg geven aan hen die te weinig hebben.”
Januari 20, 1937
“Het is tijd om planning uit te breiden naar een breder gebied, in dit geval het omvatten in één groot project van vele staten die direct betrokken zijn bij het stroomgebied van een van onze grootste rivieren.”
April 10, 1933
“Ik stel voor een Civilian Conservation Corps op te richten voor eenvoudig werk…Belangrijker echter dan de materiële winst zal de morele en geestelijke waarde van zulk werk zijn.”
March 21, 1933
“Wij moeten nauwgezet waken over de burgerrechten en burgerlijke vrijheden van al onze burgers, ongeacht hun achtergrond. We moeten onthouden dat elke onderdrukking, elk onrecht, elke haat, een wig is om onze beschaving aan te vallen.”
Januari 9, 1940
Derde termijn (1941-1945) – De Tweede Wereldoorlog
“Wij moeten het grote arsenaal van de democratie zijn.”
December 29, 1940
“Ik heb oorlog gezien. Ik heb oorlog gezien te land en ter zee. Ik heb bloed zien stromen van de gewonden… Ik heb de doden in de modder gezien. Ik heb steden verwoest zien worden… Ik heb kinderen zien verhongeren. Ik heb de doodsstrijd van moeders en echtgenotes gezien. Ik haat oorlog.”
Augustus 14, 1936
“Zij proberen regeringssystemen op te zetten die gebaseerd zijn op het regimenteren van alle mensen door een handjevol individuele heersers…noem dit een nieuwe orde. Het is niet nieuw en het is geen orde.”
Maart 15, 1941
“Wij hebben er vertrouwen in dat toekomstige generaties zullen weten dat hier, in het midden van de twintigste eeuw, een tijd kwam waarin mensen van goede wil een manier vonden om zich te verenigen, en te produceren, en te vechten om de krachten van onwetendheid, en onverdraagzaamheid, en slavernij, en oorlog te vernietigen.”
12 februari 1943
Vierde termijn (1945) – nalatenschap
“Meer dan een einde aan de oorlog, willen we een einde aan het begin van alle oorlogen.”
Voorbereid voor 13 april 1945
“Tenzij de vrede die volgt erkent dat de hele wereld één buurt is en recht doet aan het hele menselijke ras, zullen de kiemen van een nieuwe wereldoorlog als een constante bedreiging voor de mensheid blijven bestaan.”
12 februari 1943
“De structuur van de wereldvrede kan niet het werk zijn van één man, of één partij, of één natie…het moet een vrede zijn die berust op de gezamenlijke inspanning van de hele wereld.”
1 maart 1945
“De enige grens aan onze verwezenlijking van morgen zal onze twijfel van vandaag zijn. Laten we voorwaarts gaan met een sterk en actief geloof.”
Voorbereid voor 13 april 1945
“Vrijheid van meningsuiting…Vrijheid van godsdienst…Vrijheid van gebrek…Vrijheid van angst.”
6 januari 1941